Wat bepalen voor ramen:
Voor ramen moet de U-waarde* bepaald worden. Dit is de de warmtedoorlaatbaarheid en is het omgekeerde van de weerstandswaarde (Rc-waarde). Hoe hoger de U-waarde, hoe slechter de isolatie. Bepalen gebeurt met het beslisschema hieronder.
Let op onderstaande waarden zijn van de beglazing. Wat jij moet bepalen is de Totale U-waarde van de beglazing en het kozijn samen.
Opmerking:
Onthoud de U-waarde 1.1 van HR++. Deze wordt vaak gevraagd in het examen.
U-waarde ramen bepalen
Gebruik onderstaande tabellen om de U-waarde van een raam te bepalen.
Opmerkingen
Naast het type glas en kozijn moet ook eventuele zonwering (8.2.16) of *overstek (8.2.17) worden opgenomen.
Afspraken
Dakkoepel
Gebruik de kwaliteitsverklaring of volg stndaard basisopname, waarbij een dubbele laag plexiglas ook als dubbel glas geldt.
Kenmerken beglazing
Onderstaande video legt simpel alles uit wat je moet weten.
Met een eventuele print in de afstandhouder tussen de glasplaten kan in veel gevallen het glastype worden vastgesteld, eventueel met hulp van internet. De op de afstandhouder vermelde Uwaardes (Ug) in het glas zijn alleen van het glas. De U-waardes in tabel
R1 en R2 zijn inclusief kozijn.
Principe-opbouw HR-beglazing
Herkenningstips
Gewoon dubbel glas en HR++ dubbel glas hebben een aluminium strip tussen twee glasplaten. HR++-glas heeft een extra isolerende folie, maar deze is onzichtbaar.
Via de codes die je in de aluminium strip kunt zien, kun je ook achterhalen of het om gewoon dubbel glas of om HR++-glas gaat. Vul deze codes in op een zoekmachine op internet en je vindt op de site van de fabrikant meer informatie over het soort glas
Ga aan de binnenkant van het glas staan. Houd een brandende aansteker of lucifer voor het glas en kijk schuin op het glas. Als het goed is zie je bij een HR++ ruit vier vlammetjes. De eerste twee zijn de reflectie van het binnenblad (tenminste als je binnen staat met je vlammetje) en de volgende twee zijn van het buitenblad. Eén vlammetje kan een andere kleur hebben als de ruit gecoat is.
Als de kleur van de vlamweerkaatsing op de buitenzijde van het binnenste glasblad afwijkt, is er sprake van HR-beglazing, als de weerkaatsing op de binnenzijde van het buitenste glasblad afwijkt, is er sprake van zonwerende beglazing.
Opmerking:
Het is wenselijk dat het ruit op de juiste manier gezet wordt. Zelfs ervaren glaszetters vergeten dit. Het is de bedoeling dat de coating de warmte naar de juist kant reflecteert.
* U waarde raam
*Overstek
Een Overstek is de horizontale voorsprong van een bouwdeel of bouwonderdeel, bijvoorbeeld een lijst, verdieping, goot of dak ten opzichte van het eronder staande. Deze moet in tegenstelling to belemmeringen altijd worden opgenomen.
KEGO
Wanneer je als EP-adviseur vragen hebt kan je ze altijd stellen. Wellicht is de vraag al eerder gesteld en kan je gelijk het antwoord lezen.
Zie hier een voorbeeld betreffende beglazing
Glassoort bij bekende U-waarde, glascombinaties of vacuümglas
https://portaal.stichtingkego.nl/support/solutions/articles/101000479804
Als in de afstandhouder van beglazing de U-waarde staat vermeld, of op basis van een typecode kan de U-waarde worden achterhaald uit productdocumentatie, mag deze informatie dan worden gebruikt om het type glas te bepalen? In het protocol worden bovendien keuzes voor glastypes voorgeschreven bij voorkomende situaties met samengestelde combinaties van beglazing. De volgende combinaties worden daarbij niet genoemd:
– Kozijn met 2x dubbel glas (zonder HR coating)
– Kozijn met 2x HR glas
– Kozijn met 2x HR++ glas
– Kozijn met glas-in-lood tussen twee glasplaten
– Vacuümglas
Wat moet worden aangehouden voor deze situaties?
82.1/75.1 – basis
De U-waarde in afstandshouder of brochure mag worden gebruikt. Op basis daarvan kan bepaald worden welk type glas het is. Via merk en type kan ook middels brochures uitgezocht worden welk type glas het is. Hou daarbij de onderstaande waarden aan: ≤ 2,0 W/m2K voor HR-glas; ≤ 1,6 W/m2K voor HR+ glas; ≤ 1,2 W/m2K voor HR++ glas.
De volgende types glas kunnen worden aangehouden bij voorkomende combinaties:
Voor Vacuümglas kunnen de onderstaande uitgangspunten worden gehanteerd:
Als er een kwaliteitsverklaring aanwezig is in de BCRG database, kan deze worden gebruikt voor de basisopname. Als er geen kwaliteitsverklaring is, maar je hebt wel bewijs van de U-waarde, kan je onderstaande aanhouden.
HR-glas, als U ≤ 2,0 W/m2K;
HR+-glas, als U ≤ 1,6 W/m2K;
HR++-glas als U ≤ 1,2 W/m2K;
Triple HR-glas als U ≤ 0,9 W/m2K;
Als er geen bewijs is van de U waarde, dan standaard dubbel glas aanhouden. Voor de g-waarde kan worden uitgegaan van standaard dubbel glas, tenzij uit eventueel beschikbare documentatie een andere g-waarde blijkt.
Inzet van een DoP voor beglazing in een basisopname
https://portaal.stichtingkego.nl/support/solutions/articles/101000479804
Als in de afstandhouder van beglazing de U-waarde staat vermeld, of op basis van een typecode kan de U-waarde worden achterhaald uit productdocumentatie, mag deze informatie dan worden gebruikt om het type glas te bepalen? In het protocol worden bovendien keuzes voor glastypes voorgeschreven bij voorkomende situaties met samengestelde combinaties van beglazing. De volgende combinaties worden daarbij niet genoemd:
– Kozijn met 2x dubbel glas (zonder HR coating)
– Kozijn met 2x HR glas
– Kozijn met 2x HR++ glas
– Kozijn met glas-in-lood tussen twee glasplaten
– Vacuümglas
Wat moet worden aangehouden voor deze situaties?
82.1/75.1 – basis
De U-waarde in afstandshouder of brochure mag worden gebruikt. Op basis daarvan kan bepaald worden welk type glas het is. Via merk en type kan ook middels brochures uitgezocht worden welk type glas het is. Hou daarbij de onderstaande waarden aan: ≤ 2,0 W/m2K voor HR-glas; ≤ 1,6 W/m2K voor HR+ glas; ≤ 1,2 W/m2K voor HR++ glas.
De volgende types glas kunnen worden aangehouden bij voorkomende combinaties:
Voor Vacuümglas kunnen de onderstaande uitgangspunten worden gehanteerd:
Als er een kwaliteitsverklaring aanwezig is in de BCRG database, kan deze worden gebruikt voor de basisopname. Als er geen kwaliteitsverklaring is, maar je hebt wel bewijs van de U-waarde, kan je onderstaande aanhouden.
HR-glas, als U ≤ 2,0 W/m2K;
HR+-glas, als U ≤ 1,6 W/m2K;
HR++-glas als U ≤ 1,2 W/m2K;
Triple HR-glas als U ≤ 0,9 W/m2K;
Als er geen bewijs is van de U waarde, dan standaard dubbel glas aanhouden. Voor de g-waarde kan worden uitgegaan van standaard dubbel glas, tenzij uit eventueel beschikbare documentatie een andere g-waarde blijkt.