15.3 Productie van warm water: opslag en koppeling

Hier gaan we het hebben over zonneboilers en het Termische gedeelte van een PVT-systeem, welke gebruikt worden voor enkel en alleen de productie van warmwater. Je wilt kunnen bepalen hoe het wordt opgeslagen en hoe het aan maximaal één tapwatersysteem is gekoppeld. Als er meerdere tapwatersystemen zijn, moeten deze allemaal apart worden opgenomen.

Opmerking:

In de ISSO staat dat een zonne-energiesysteem voor warmwater altijd gekoppeld is aan een tapwatersysteem. Daarbij spreekt het zichzelf tegen, want een zonneboiler kan ook een directe koppeling hebben met een vloerverwarming en dan wordt er geen tapwater gebruikt.

Opslag en koppeling aan het tapwatersysteem

• Een zonne-energiesysteem levert een warmtebijdrage aan maximaal één tapwatersysteem
• Een tapwatersysteem kan wel door meerdere zonne-energiesystemen gevoed worden:
  – Wanneer er verschillende zonneboilerssystemen aanwezig zijn, dienen deze apart opgegeven te worden binnen het tapwatersysteem.
  – Bij meerdere identieke opwekkers aangesloten op één tapwatersysteem, dan kan het samengevoegd worden tot één groot systeem. Het aantal zonne-energiesystemen is dan gelijk aan het aantal fysieke opweksystemen.
• Indien delen van het tapwatersysteem gebruik maken van een zonne-energiesysteem en een ander deel niet, dan neem je dit op als twee aparte tapwatersystemen

Wanneer er meerere tapwaterinstallaties zijn, dan moet voor iedere PVT- en zonneboilerinstallatie bepaald te worden op welk tapwaterinstallatie deze is aangesloten.

Een collector warmt een doorstromende vloeistof (Glycol) op om een indirect voorraadvat te verwarmen

15.3.2 Complete systemen met een kwaliteitsverklaring

Een kwaliteitsverklaring kan beschikbaar zijn voor een compleet tapwatersysteem en daarop staat het volgende vermeld:

• Volume voorraadvat
• Pompvermogen
• Aansluiting van het tapwatersysteem of energieverliezen die er zijn
• Benodigde hulpenergie (WW;sol;aux;an, voor elektronika)
• Collectoroppervlak
• Hoeveelheid geleverde energie (zonbijdrage) als functie van de tapwatervraag.
  – Voor de verschillende niveaus van tapwatervraag de bijbehorende zonbijdrage.
  -Indien de tapwatervraag tussen twee niveaus uit de kwaliteitsverklaring valt, dient de zonbijdrage bepaald te worden door lineaire interpolatie (net als bij het rendement van verwarming (dit is dus bijna altijd zo).

Hieronder zie je een kwaliteitsverklaring van een zonneboilersyteem, je ziet dat bovenstaande erop vermeld staat.

15.3.2 Naverwarming
In de video over het zonneboilersysteem heb je gezien dat het kan zijn dat het tapwater in het voorraadvat niet warm genoeg wordt (winter), dan kan de boiler op temperatuur gebracht/gehouden worden met gasgestookte naverwarming.

2 mogelijkheden van naverwarming:

1. Het ‘vatwater’ wordt indirect verwarmt m.b.v. de naverwarmer, de tap is aangesloten op het vat.
2. Het ‘vatwater’ wordt niet naververwarmd door de naverwarmer, de tap is aangesloten op de naverwarmer.
   Het uitstromende vatwater wordt na het verlaten van het voorraadvat separaat naverwarmd door de naverrwarmer. Het voorraadvat en naverwarmer staan in serie geschakeld. De zonneboiler fungeert hier als voorverwaming en gewenste tapwatertemperatuur wordt door naverwarmer geregeld.

• Geiïntegreerd elektrisch element
• indirecte naverwarming met CV, de tap is direct verbonden met het vat
• Directe separate naverwarming met CV, de tap is niet direct verbonden met het vat

Wat moet je kunnen bepalen?

Het type naverwarming, als dat er is, volgens Tabel 15.4.

15.3.3 Opslag en gebruik van zonnewarmte

2 manieren om warmwater op te slaan en te gebruiken

1. Voorraadvat
2. Direct aangesloten op de vloerverwarming indien zonneboiler voor ruimteverwarming wordt ingezet.

Back-up Volume:
Dit is aanwezig bij naverwarmingssystemen met geïntegreerde naverwarming voor tapwater. Dit is het deel van de boiler dat elektrisch (bij) verwarmd wordt als dit van toepassing is. De meeste boilers in Nederland hebben geen 2de inwendige bijverwarming en dus ook geen back-up volume.

Hoe zit het als er meerdere zonneboiler- en/of PVT installaties aanwezig zijn in gebouw?

• Iedere installatie is verbonden met een opslag, welke weer is verbonden aan een tapwater- of ruimteverwarmingssysteem.
• Voor het bepalen van de verliezen van het voorraadvat moet de warmteoverdrachtcoëfficiënt bepaald worden.
• Bij systemen voor ruimteverwarming (vloerverwarming)
  Staat dit vermeld in documentatie leverancier en Indien niet vermeld staat bepaal je het op basis van het totale volume van het voorraadvat.
• Neem het back-up volume op als dat er is, weet je het niet, kies dan onbekend.

Wat moet je kunnen herkennen en bepalen?

Je moet kunnen herkennen:

• Hoe het warmte water wordt opgeslagen
• Hoe de zonne-warmte wordt gebruikt
• Of de warmte uit de collectoren wordt gebruikt voor vloerverwarming. In dat geval is er een directe koppeling met het distributiesysteem voor vloerverwarming.

Van de voorraadvaten moet je het volgende kunnen bepalen:

• Het volume
• Het back-up volume (indien vat behoord bij systemen met geïntegreerde naverwarming en systemen voor ruimteverwarming).
  – Welke collectoren erop zijn aangesloten.
  – Op welk tapwatersysteem het vat is aangesloten.
  – Waar wordt de opgeslagen warmte voor gebruikt.
• Tapwaterinstallatie
• Tapwaterinstallatie en de installatie voor ruimteverwarming.
  – Stilstandsverliezen via warmteoverdrachtcoëfficiënt of energielabel van het vat (indien dezegegevens niet bekend zijn dient het fabricagejaar van het vat opgegeven te worden)
  – Warmteverliezen via de aansluitingen.